Het weer gaat omslaan vanuit westelijke richting. Wij rijden doorprachtig landschap vanaf de kust eerst in oostelijke, dan in westelijke richting in de hoop de weersomslag voor te blijven.
Over de brug bij Fiquera da Foz houden we de Mondega rechts van ons. Rijstvelden en nog eens rijstvelden in dit waterrijke gebied. We rijden over landelijke weggetjes met dank aan de onontbeerlijke Michelinkaart. Doel is Peso da Régua, een stadje in de Douro vallei. We halen ‘het weer’ inderdaad in. Voor ons wordt het steeds zonniger en warmer. Het wordt ook bergachtiger en kronkeliger… ehh…opeens een kruising. Ho..stop, nee dat kan niet, te veel verkeer. De keuze is ’tol’ of de bergweg op. Ik zie de bergrug op de kaart en veel, heel veel bochten op de weggetjes. Ik stuur de dankbare bestuurder de tolweg op. Voor de rest van de rit wint de snelheid het van de natuur, alhoewel, de hellingen zijn zo steil dat de sprinter plankgas niet boven de 76 km. per uur uitkomt. Hoog, heul hoog…en prachtige vergezichten.
Peso da Régua ligt aan de Douro, dat betekent naar beneden rijden via een ingenieus viaducten-en bruggen stelsel. Ware kunstwerken. In de verte torent boven de rivier op een bergtop een enorm beeld van ‘de Sandeman’ op. De afdaling eindigt op een prima camperplaats, alles d’r op en d’r an. Melden bij de receptie/bar van tennisbanen, zwembad en andere sporten een stukje verderop. Wel heel erg hutje mutje en vol, erg vol. We vinden een plekje naast een Frans echtpaar dat ons eea uitlegt. Mais…pas besoin hebben wij water en elektriciteit…Dan wijst monsieur naar het veel lager liggende terein direct aan de Douro waar inmiddels al meerdere campers naar afdalen. Wij als een speer er achteraan. En zo staan wij zomaar aan de oever van een van de beroemde ‘port’ rivier. Een paar gesprekken later met Engelsen en Zwitsers en uiteraard een koffietje met lopen we de steile weg omhoog richting stad. Vanaf onze standplaats hebben we zicht op gerestaureerde brug hoog boven de Douro waarover allen voetgangersen fietsersbrug mogen. We klimmen de steile trap omhoog ter bezichtiging en krijgen een prachtig uitzicht cadeau over onze plek, de rivier en de stad.
Het is nog een hele tippel naar het centrum en het is langzamerhand behoorlijk warm geworden. We lopen langs schitterende oude stationsgebouwen Aan de voorkant allemaal gezellig uitnodigend uitziende winkeltjes. Jawel, als je port wilt proeven ligt hier je kans…de portliefhebber vindt dit niet de juiste plek om de juiste port te vinden en loopt door. Hij heeft meer oog voor de (stoom) treinen die verderop te zien zijn. Mooi! Net goed en wel begonnen aan de stadswandeling is het idee voor de volgende stop in deze stad al geland. Vanuit Régua met de trein naar Porto.
We lopen eindeloos langs de Douro, alles is nieuw. Tot voor kort hadden we van deze stad nog nooit gehoord, maar het toerisme tiert hier welig. Vooral boottochten over de Douro. En terecht, want de Douro vallei is adembenemend mooi, maar vooralsnog zoeken wij de binnenstad op. Wel nadat echtvriend het bij de juiste kleur houdt en 3 kilo portrode kersen koopt à 1 euro de kilo.
Met het zakje kersen steeds zwaarder wegend in de hand (ver)dwalen door de straten en straatjes. We zien kans om wel twee chinese winkels te bezoeken. In de ene vindt echtvriend een kaartje met superhandige plakhaakjes voor je weet maar nooit. In de tweede koop ik zo’n hippe broek met heel wijde pijpen. Het bloempatroon hè, dat deed ’t.
En zomaar opeens worden we als een magneet naar een Portugese winkel getrokken met olie-en azijn stellen, pannen, wokken, glazen… en nee, geen tweedehands. Het is een eldorado van Portugese spullen. Eindelijk vinden we voor het thuisfront ‘echte’ spullen. We schaffen voor ieder olie-en azijn kannen aan en vergeten onszelf niet. Best gaan, maar inmiddels lopen we met zo’n tas of vier.
Brood, we moeten nog brood hebben….vooralsnog geen zicht op een bakker. Harm schiet een mooie jonge Portugese vrouw aan. Je verwacht van zo’n hippe stadese twintiger toch weleen woordje Engels. ‘Bread’? Dus niet…maar zij is Portugees behulpzaam en scbiet een mede hippe stadse twintiger aan, zij spreek naar eigen zeggen Engels, maar ook bij haar zit ‘bread’ niet in de Engelse vocabulaire. Hoe moeilijk kan het zijn,’pâo’, zeg ik in m’n beste Portugees. Verbijstering alom, naggeres dus, ‘pâo’, nu echt vet door m’n neus pratend. Eerst weer vragende blikken, maar dan valt het kwartje…’ahhh…Pâo! Si,si…even verderop daar..Obrigada meiden, we gaan erop af. Even later kopen we in een pastelleria met het laatste broodje. Aan de overkant zit een soort buurtsuper, mooie zaak met zowel spullen voor de komende en gaande man/vrouw als delicatessen. Zit dat even mee. We maken de cadeau’s voor het thuisfront compleet met heerlijke Portugese olijfolie en balsamico azijn. Ook nu vergeten we onszelf niet. Bepakt en bezakt slenteren we langs de Douro op ‘huus’ an.
de volgende morgen lijkt het weer ons toch ingehaald te hebben. Donkere luchten op deze dinsdag de derde juni.
Gisteravond bedachten we een heen en weertje Pinhao. De N22 daar naartoe moet volgens vele you-tubers de mooiste route van de wereld zijn. Mooi is het zeker, deze 28 km. heen en ook weer terug, maar poeh … smal, smaller, smalst..en druk, drukker, drukst..De N122 is naast een toeristische route ook een gewone, want enige, weg van A naar B. Veel werkverkeer, de opschieters en veel toeristen(bussen), de omgevingskijkers. Gelukkig zijn er wat parkeerinhammen, maar mijn bestuurder heeft armen, benen en alle aandacht nodig om veilig in Pinhao te komen. Daar aangekomen hebben we helemaal geen zin meer in dit mooie pittoreske stadje en maken rechtsomkeert. De foto’s zullen de herinnering levend houden.
Terug in Peso da Regua besluiten we een eind noordelijker te trekken. Nog steeds onder grijze luchten verloopt de rit zeer voorspoedig en na een tussenstop bij een intermarché stellen we ons plan bij. De chauffeur ziet er niet tegenop nog een kleine 200 km. te rijden.
Om 17.30 u. rijden we de camperplaats in Zamora op. De donkere luchten hebben we ingehaalden. We zijn in zonnig Spanje, zowaar aan de Douro.
Tot de volgende blog, Ina en Harmen